Veenhuis Machines met stand op Agritechnica 2017
Veenhuis Machines heeft, net als voorgaande edities een flinke stand op de vakbeurs Agritechnica in Hannover. Directeur Walter Veenhuis reist ook af. Niet zozeer om machines te verkopen, maar vooral om contacten te leggen.
Door Aart van Cooten. Geen enkele twijfel, Agritechnica in Hannover is mondiaal dé vakbeurs voor bedrijven die landbouwmachines produceren. Dat zegt Walter Veenhuis (51). Natuurlijk is zijn bedrijf daar present. Twee jaar geleden schudde hij op de beurs in Hannover de hand van een tweetal Chinezen. Voor hem een ge- denkwaardig moment. “Toen hebben wij het contact met China gelegd. En nu rijden onze machines rond in dat immense land. We laten daar zien wat we hier in Nederland al jaren doen: zorgvuldig mest in de grond brengen en zo de kringloop van mineralen sluiten en de opbrengsten verhogen. China is daar zeer in geïnteresseerd. “
Walter Veenhuis in directeur van Veenhuis Machines BV in Raalte (Overijssel). Zijn grootvader was de grondlegger in 1938, zijn vader en diens broers namen het bedrijf over en de kleinzoon van de oprichter: Walter, staat nu aan het hoofd. Hij is degene die rond 2009 de focus van Veenhuis Machines voor de volle honderd procent op mestaanwending richtte. “Omdat ik toen een groeiende afzetmarkt voor mestmachines voorzag. Maar misschien nog belangrijker, ik was en ben mateloos geïnteresseerd in de kansen van organische mest. Door mestaanwending steeds preciezer te maken, dragen onze machines bij aan een optimale kringloop van mineralen. Nutriënten zo efficiënt mogelijk benutten met zo min mogelijk verliezen naar het milieu, is mijn drijfveer.” Mest wordt door menigeen, niet in de laatste plaats door politici in Den Haag, gezien als afvalstof. Niets is minder waar, zegt Veenhuis. “Als je zorgvuldig en efficiënt mest aanwendt, kan organische mest voor een groot deel kunstmest vervangen. Met onze zode- en bouwlandbemesters kan net zo precies worden bemest als met kunstmest. Misschien zelfs nog preciezer.”
Het is allemaal een kwestie van innoveren en automatiseren, zegt Veenhuis. Door de uitslagen van grondmonsters te verwerken in digitale perceelskaarten en deze informatie vervolgens bij aanwending om te zetten in een “plaatsspecifieke” mestgift, worden de nutriënten uit organische mest optimaal benut. “Bij precisielandbouw denkt iedereen aan drones, maar onze mestmachines zijn daar ook een belangrijk onderdeel van. Organische mest hoort onlosmakelijk bij kringlooplandbouw en bij een duurzame bedrijfsvoering.”
Veenhuis Machines is op dit moment voor de helft van zijn afzet afhankelijk van de Benelux. Het buitenslandse aandeel is verreweg de belangrijkst buitenlandse markt, maar er komen steeds meer landen bij, zoals Tsjechië, Italië, Verenigd Koninkrijk, Rusland, de VS, Canada en Nieuw-Zeeland. Veenhuis is blij dat Nederland weer een echt ministerie van Landbouw heeft. “Nederland is de proeftijd van landbouwinnovatie in de wereld. Als je dat imago hebt, hoor je een echt ministerie te hebben. Aan de andere kant, het beleid is belangijker dan de naam.” Als het gaat om regelgeving maakt hij zich zorgen. “Er wordt te weinig rekening gehouden met de praktijk. Voorbeeld: in de nieuwe nitraatrichtlijn komt mogelijk te staan dat maïs met een vanggewas op zandgrond voor 21 september geoogst moet zijn. Rijenbemesting willen ze verplicht stellen. Ambtenaren realiseren zich niet wat dat betekent voor voeren, loonwerkers en mechanisatiebedrijven.”
Terug naar China. Veenhuis is vol verwachting. “De veehouderij is zich er enorm aan het ontwikkelen. Afvoer van mest is op veel van die grootschalige melkvee- en varkensbedrijven een groot probleem. De Chinese overheid wil dit milieuvraagstuk echt aanpakken. Daar ligt voor ons bedrijf natuurlijk een enorme kans. In de twee proefgebieden laten wij op dit moment zien wat het effect is van emissiearme aanwending en precisiebemesting. Ik ben ervan overtuigd dat de Chinese vraag naar onze machines gaat groeien.”
BRON: De Boerderij Vandaag, d.d. 10-11-2017